Zoon* (16) komt thuis en treft een medewerker van het waterbedrijf in de ondergelopen kelder aan. ‘Zo, zit je lekker in je natuurlijke habitat?’.
Ik begin meteen te lachen, maar niet alleen dat…
Dit kind is voor mij een belangrijke aanjager voor innerlijke gevechten. Naast een vrolijkheid en genieten van zijn onbevangenheid schieten er bij zijn uitspraak ook allemaal andere gevoelens en gedachten door me heen. ‘Dat zeg je toch niet’, ‘die man zal wel denken’, ik voel schaamte, een beetje angst en irritatie dat ‘alles altijd gezegd moet worden blijkbaar’.
Tegenwoordig wint de vrolijkheid. Maar dat is ook wel anders geweest. Dit onbevangen, sterk associërende kind met grote voelsprieten heeft nog nooit een blad voor de mond genomen. In tegenstelling tot zijn moeder… Ergens onderweg ben ik mijn onbevangenheid wat kwijtgeraakt, zei ik alleen nog wat anderen wilde horen. keek ik wel uit om grenzen te naderen, laat staan ze over te gaan. En dus overheerste de schaamte en angst bij al die uitspraken van dit kind. Want stel dat, stel dat…
Gelukkig bleek hij niet te stuiten. Want dat had makkelijk gekund. Wat ben ik blij dat hij door bleef gaan met het drukken op mijn blauwe plekken, soms met vier tegelijk. Ik móest wel stilstaan bij mezelf en mijn overtuigingen onder de loep nemen. Dat brengt me stukje bij beetje terug naar mijn onbevangenheid, vrolijkheid en neiging om maffe dingen te roepen :). Het maakt me een blij mens en een meer ontspannen moeder!
Wat je lastig vindt aan je kind, vertelt je meer over jezelf.
* Uiteraard met toestemming gedeeld.